zondag 22 september 2019

Hier was vuur. Een bundel van Anna Enquist

‘Over moeders en kinderen’ is de ondertitel van de gedichtenbundel ‘Hier was vuur’ van Anna Enquist. Opmerkelijk is de verleden tijd in de titel. Veel elementen in de gedichten gaan over een heengaan.

De bundel opent ijzersterk met ‘Mijn zoon’ in de reeks Kinderszenen. Spijtig genoeg is de dood hier aanwezig, maar de dichteres gebruikt de taal als wapen, zelfs zonder taal bindt ze de strijd aan. ‘Ik neem hem in mijn arm en zonder spreken vaag ik de oorlog weg en kinderkanker, mijn eigen dood, het monster van de tijd.’

Anna Enquist zoomt ook in op haar dochter, meer bepaald haar opgroeiende dochter. Wonderlijk is het. ‘Zij is een acrobaat, hoog in de lucht doet zij kunsten aan de trapeze. Vijftien jaar.’ Deze sublieme zinnen raken de gevoelige snaar met treffende metaforen. In het gedicht ‘Polikliniek’ iets verder in de bundel schreeuwt de dichteres poëtisch haar machteloosheid uit. ‘Nunc dimittis’ voor de zoon komt hard aan.

In deze bundel krijgen veel herinneringen een plaats: vakantieherinneringen, herinneringen aan speciale momenten. Met poëtische beelden en geslaagde enjambementen slaagt deze Nederlandse dichteres erin diepgang te creëren. Een voorbeeld uit ‘Weer thuis’: ‘Een tocht langs de grofgekartelde rand / van het land: hier had het leven zijn / rauwste vorm …’

De muzikale interesse van Anna Enquist komt tot uiting in ‘Voor hobo en piano’. Dichterlijk is ‘ik vang mijn grote kind nog in een uitgerekt akkoord maar ga haar toevertrouwen aan de tegenwind.’

Anna neemt afscheid, dat wil zeggen de mama neemt afscheid. ‘Ik ben de jongen en het meisje kwijt. Beiden ben ik verloren toen de tijd verstreek.’ Dit klinkt ook heel sterk door in de titel van de bundel.

Wat bindt me nu aan deze bundel? Eerst en vooral de taal. Anna Enquist spreekt mij aan op een unieke manier die zowel fijnzinnig als teder is, soms gaat het over heel droevige dingen. In een cursus van het vijfde middelbaar stond dit fragment: ‘In de verloskamer juichen ze bij het omgekeerde doelpunt van de geboorte. Niemand voorziet de wraak van de keeper …’ Dit is een veelzeggend fragment. ‘Geef terug!’ is de titel van het laatste gedicht in de bundel.

maandag 16 september 2019

opnieuw een aparte kijk op de werkelijkheid


Het Nieuwsblad van maandag 16 september 2019 covert een grote foto met een ontgoochelde Anderlechtspeler op. Sporting Anderlecht kende zijn slechtste seizoenstart in 92 jaar. Een donderspeech van gelauwerde Vincent Kompany was het gevolg. De grinta komt vast wel terug.

De krant bericht ook over zoveel meer. Commentaarschrijver Peter Mijlemans spreekt over een Waalse dooi in zijn stukje op de tweede pagina. Ik vraag me af: Is België nog hip? Of is, zoals de redacteur aangeeft, het Belgisch model aan een onderhoud toe?

Verder in de krant staat er een kleurrijk verslag van de eerste theatershow van de reeks Nachtwacht. ‘Het vervloekte perkament’ bleek een voltreffer te zijn in CC Asse. Het is opmerkelijk hoe een vampier, een elf en een weerwolf voor zoveel magie zorgen. Misschien is dat niet zo opmerkelijk, want de elementen van een spannend verhaal zitten allemaal vervat in de nieuwe theatervoorstelling. Wie kent ten slotte ad inferos niet?

donderdag 12 september 2019

Musée Charlier



















Musée Charlier is een pareltje van een museum aan de vijfhoek in Brussel. Nabij het Warandepark en het Vlaams Parlement zijn twee oude herenhuizen te vinden waarin het museum gehuisvest is. Victor Horta, één van de belangrijkste vertegenwoordigers van de art nouveau, deed enkele aanpassingen aan het gebouw. Mecenas en kunstliefhebber Henri Van Cutsem gaf het aan beeldhouwer Guillaume Charlier die het op zijn beurt aan de gemeente Sint-Joost-ten-Node schonk.

In het museum zijn enkele boeiende kunstwerken te zien van onder andere Alfred Stevens, Emile Wauters, Anna Boch en Eugène Laermans. Er hangt ook een klein schilderij van James Ensor: 'Bloemen en vlinders'.

De inrichting van dit museum beklemtoont nog het huiselijke met een empiresalon, een ontmoetingssalon, etc. Naast de bekende musea in Brussel mag dit museum zeker niet ontbreken op de lijst van must sees. Het is trouwens opmerkelijk stil in het huis nabij de drukke binnenring. Een reden te meer om het Charliermuseum te bezoeken.

dinsdag 3 september 2019

zondag 1 september 2019

Lanny

‘Lanny’, zelden ben ik zo van mijn sokken geblazen dan door dit boek. Max Porter, de auteur, schreef een meeslepend, soms fragmentarisch verhaal over een bijzondere jongen Lanny die vaak in zijn eigen wereld vertoeft. Zijn ouders en vooral zijn moeder, een schrijfster, spelen in op die 'fantasie'. Mad Pete leidt Lanny in de wereld van het tekenen en dan is er nog gossiping Peggy, die een belangrijke figuur is in het dorp nabij Londen waar het verhaal zich afspeelt. De afwisseling in het vertelperspectief zorgt voor aangename lectuur, je kan het vergelijken met het kijken naar een diamant.

De taal van deze Britse auteur is fenomenaal fascinerend. Ik kon tijdens het lezen niet alle Engelse woorden begrijpen, maar dan verzon ik er maar zelf af en toe een betekenis bij. Poëzie staat – denk ik - nooit veraf van het gissen naar een speciale betekenis. Al eerder won deze schrijver verschillende prijzen, zoals de Europese Literatuurprijs en the International Dylan Thomas Prize, meer dan terecht.

De portrettering van de personages en vooral van het natuurpersonage Dead Papa Toothwort is rijk aan fantasie en bij tijd en wijle zijn de beschrijvingen vertederend aangrijpend. Gruwel en tederheid vullen elkaar passend aan in dit boek. Vooral het einde is erg hallucant en hartveroverend. Soms wil je in het verhaal meespelen om een hand te reiken. Welke auteur kan daarin slagen? En als dat lukt, dan kan je niet anders dan over een natuurtalent spreken, Max Porter.